Inhoud

18 en dan?

Lessen en kansen

A 5 minutes read by Renée Frissen

In theorie zijn jonge nieuwkomers en Nederlandse kinderen voor de wet gelijk. Dit blijkt ook in de praktijk wanneer kinderen te maken hebben met de verzorgingsstaat. Of je nu in Nederland geboren bent of niet, er is hoe dan ook iets vreemds aan de hand wanneer je ondersteuning vanuit de verzorgingsstaat nodig hebt en je richting je 18e verjaardag gaat.

“In Zutphen leek het soms wel een verrassing als jongeren 18 werden” - jongerenbegeleider

Op de dag dat je wordt geboren is duidelijk wanneer je 18 zult worden. Ouder worden is een onvermijdelijk en voorspelbaar gegeven. En toch lijkt het voor de Nederlandse bureaucratie en de professionals die hiermee moeten werken vaak een verrassing dat een jongere 18 wordt. Voor een jongere die gebruik maakt van arrangementen van de verzorgingsstaat is die 18e verjaardag van wezenlijk belang; voor de wet ben je dan immers ‘volwassen’. Daarmee val je niet langer onder de Jeugdwet, waar jouw arrangementen op dat moment worden georganiseerd, maar onder andere wetten zoals de Participatiewet of de Wet maatschappelijke ondersteuning. Wie jij bent, hoe jouw ontwikkeling zich voltrekt, wat je nodig hebt, wat je zelf kunt, het is ondergeschikt aan de juridische werkelijkheid. Jouw verjaardag bepaalt de overgang van kindertijd naar volwassenheid. En waar in de Jeugdwet en de daaruit volgende ingekochte diensten de jongere centraal staat, is de positie van de jongere in de wetgeving voor volwassenen niet of nauwelijks geborgd.

18 en nieuwkomer, en dan?

Jonge nieuwkomers delen dus op bureaucratisch niveau ervaringen met Nederlandse kinderen. Dat die specifieke uitdagingen reëel zijn, kwam in de Maaksessies op verschillende momenten aan bod. Zo ook in het verhaal van professionals die betrokken zijn bij kinderen en bij de 18e verjaardag ineens uit beeld moeten verdwijnen omdat zij alleen vanuit het voogdijschap of de Jeugdwet zijn ingekocht en er geen verlenging mogelijk is van hun begeleiding;  of Moussa die relatief laat in Nederland aankwam op zijn 17e, slechts korte tijd ondersteuning kon krijgen en nog lang niet klaar was om te beginnen aan een vervolgopleiding. Daardoor werd hij zonder begeleiding, met een jongerenuitkering, zonder sociaal netwerk in een te dure sociale huurwoning geplaatst en belandde hij uiteindelijk met schulden en zonder startkwalificatie op de Gelderse straten. 

Toch zijn er voor kinderen die naar Nederland moesten vluchten ook nog specifieke uitdagingen, zoals Moussa’s gebrek aan een sociaal of professioneel netwerk. Bij die uitdagingen, en ook de mogelijke oplossingen, staan we in dit hoofdstuk stil. Puntsgewijs halen we de belangrijkste inzichten van en over jonge nieuwkomers uit de Maaksessies aan. Daarbij maken we een onderscheid tussen jongeren die alleen in Nederland zijn (de zogenoemde Alleenstaande minderjarige vreemdelingen, of amv’s), en jongeren die hier met familie zijn gekomen.

Voordat we dit delen, zijn er twee algemene observaties die we willen optekenen.

Bekeken door de ogen van het systeem gaat er van alles niet goed met deze jongeren. Niet alleen door onbedoelde effecten van het beleid, maar ook kunnen of willen jongeren soms niet mee in zaken die goed bedoeld zijn: de ondersteuning bij huishoudelijke taken, geldzaken of sociale activiteiten. Vanuit dat aanbod geredeneerd zijn de jongeren dan niet coöperatief, niet begeleidbaar of niet bereikbaar. Het kind verdwijnt uit beeld en de afnemer van de diensten komt op de voorgrond. Daarmee verdwijnt ook maar al te vaak de mogelijkheid om het kind te zien als wie hij of zij is. Aanbodgericht denken, beperkingen vanuit de instrumenten die door Nederlanders zijn ontwikkeld, belemmerend beleid, dit zijn allemaal hindernissen die een goede relatie tussen professional en jongere in de weg staan. Het feit dat iemand vanaf 18 zogenaamd volwassen is, versterkt dit enorm.

Neem het voorbeeld van een Eritrese jongen die 4500 euro moest terugbetalen. Hij had alles gedaan wat hij moest doen. Hij bleek te veel uitkering te hebben ontvangen omdat hij ook tegemoetkoming scholieren had ontvangen. Die jongen heeft eigenlijk helemaal niks verkeerd gedaan. De instanties zeiden dat hij zelf op zijn rekening had moeten checken of hij te veel had ontvangen en naar de gemeente had moeten gaan. Als mens gezien vind ik het een uitdaging. Dit is geen kwade wil, dit is onmacht, hoe maak je dit zichtbaar voor anderen?” – jongerenwerker

 

“Leerlingen zijn hier maar hebben een hele geschiedenis achter zich, ze zijn heel wijs. Als ik ze vergelijk met Nederlandse leerlingen, dan vind ik ze heel wijs.” – jongerenwerker

Wat leerden wij van en over jonge nieuwkomers?

Onderstaand de lessen uitgesplitst naar alle nieuwkomers en jongens en meisjes die zonder hun ouders naar Nederland zijn gekomen. Naast elke les hebben we vaak ook een kans benoemd: stel je wilt de lessen in de praktijk brengen, waar kun je dan aan denken?

Deze lessen gelden voor alle jonge nieuwkomers:

Lessen:

1

Je taalvermogen is vaak bepalend voor je studieadvies. Zelfs als je VWO aan kunt, moet je soms toch MBO gaan doen. Zo kan je 11 jaar doen over een studie die normaal 5 jaar kost.

2

Vanaf de 18e verjaardag neemt de hoeveelheid taalonderwijs af.

3

Leren en ontwikkelen gebeurt vaak in groepsverband, net als wonen. Daardoor is er vaak in die contexten weinig tijd voor individuele begeleiding. De klassen zijn te groot, het kind zelf wordt niet echt gezien en er is te weinig aandacht voor de persoonlijke leerstijl.

Kansen :

1

Verwijs jongeren naar organisaties zoals Edu4You. Daar kunnen ze zich met peers, al dan niet in hun eigen taal, voorbereiden op het staatsexamen, zodat ze dit op hun eigen niveau kunnen halen.

2

Maak het mogelijk voor kinderen die 18 worden om intensief taal te blijven leren als dit nodig is, bijvoorbeeld parallel aan een andere opleiding.

3

In een ideale wereld krijgen ze meer individuele begeleiding van een docent. Denk ook aan de mogelijkheid van thuisonderwijs-maatjes, een buddy of simpelweg een betrokken buur.

Lessen:

4

Alle informatie over studeren, werken, leven in Nederland is te vinden. Het gaat om de duiding van die informatie toegespitst op de jongere. Jongeren die wij spraken in de sessies hebben geen overzicht over wat er allemaal kan in Nederland, en kiezen studies of beroepen op basis van wat vrienden doen.

5

Geld is niet alleen nodig voor het eigen levensonderhoud of dat van de familie in Nederland, maar regelmatig ook voor familie in het buitenland. Zeker voor jongeren die hier alleen zijn gekomen is dit een grote zorg.

6

De stem van de kinderen en jongeren wordt eigenlijk nauwelijks gehoord bij het ontwikkelen van beleid, programma’s, plannen. Ook in de sessies zagen we dat wanneer ze aangaven -vaak zeer voorzichtig en beleefd- wat er minder werkte.  De reflex van professionals is dan om uit te leggen dat dit niet is hoe het gaat. Dat wil vaak zeggen: op papier zijn zaken op een bepaalde manier geregeld, in principe zouden ze dus op een bepaalde en vaak logische manier moeten werken. Wanneer de ervaring van de jongere uitwijst dat dit in de praktijk anders uitwerkt, zien we eerder een defensieve dan een luisterende houding.

Kansen:

4

Organiseer een plek waar jongeren studieadvies op maat kunnen krijgen, in de eigen taal indien nodig. Open hun wereld en hun perspectief. Dit kan bijvoorbeeld bij Edu4You.

5

Denk na over hoe je jongeren kunt gebruiken als experts om beleid te informeren, te ontwikkelen of te corrigeren. Denk bijvoorbeeld aan een jongerenraad.

Lessen:

7

Een sociaal en professioneel netwerk ontbreekt.

    • Jongeren zien vooral Nederlanders in een professionele context en hebben veel behoefte aan informeel, gelijkwaardig contact
    • Ze hebben tot hun verdriet geen of weinig contact met Nederlandse jongeren
    • Bij de afsluiting van een Maaksessie vroegen we de aanwezige professionals of zij bereid waren hun privénetwerk te delen met de jongeren. Er was veel twijfel. Enerzijds omdat dit netwerk soms al uitgeput was, maar nog vaker omdat de scheiding tussen werk en privé dan niet gegarandeerd is.

Kansen:

7

Maak het koppelen van jongeren aan Nederlanders, het liefst aan leeftijdsgenoten, een standaardpraktijk. Via Buddy to Buddy, via sport, via uitwisselingen met scholen.

Lessen:

8

Tijd nemen versus tijd verspillen. Veel jongeren verliezen tijd, bijvoorbeeld omdat ze diploma’s moeten stapelen. Dat kan komen door onlogische regelingen of door onderwaardering bij het studieadvies. Het kan ook komen door liefdevolle professionals die de kinderen en jongeren willen beschermen tegen het in hun ogen dogmatische, verkokerde systeem.“Rond de achttiende verjaardag komt [bij alleenstaande jongeren] het besluit of je mag blijven of niet, dat is stressvol. Als je mag blijven, begint de gezinshereniging en dat is emotioneel. Ze blijven thuis van school, want ze moeten dingen regelen. Er is gezondheidsproblematiek, het haalt ze uit hun evenwicht, soms zijn er ook schulden. Ze begrijpen niet alles, kunnen niet alles overzien. Het is een moeilijke tijd voor ze. Ons advies is doe het stap voor stap: eerst het ISK afronden en dan een vervolgstap nemen. Het is al heel wat om te weten waar je over 3 jaar staat, en al helemaal over 12 jaar.”Dit brengt ook een dilemma met zich mee: Hoe bescherm je jongeren tegen al die regels en verplichtingen op zo’n manier dat ze tegelijkertijd zo vlot mogelijk een toekomst vinden in Nederland? En hoe weet je zeker dat jouw bescherming ook strookt met dat wat de jongere wil en kan?

Lessen:

9.

Uit meerdere sessies blijkt dat standaard inkopen voor jongeren zinloos is. De beste begeleiding is begeleiding op maat: niet 1 jaar standaard-begeleiding, maar soms 3 maanden, soms 14 maanden.

10.

Jongeren geven aan dat er veel te weinig leuke, relaxte dingen zijn, te weinig sociale events. De betrokken professionals zijn niet van hun leeftijd en kunnen simpelweg niet verzinnen wat je wilt doen als je 17 bent.

Kansen:

9.
  • Zorg bij het inkopen van de leerroute dat je een aanbieder kiest die dit niet alleen begrijpt maar ook echt kan en gaat leveren.
  • Geef aanbieders met een divers personeelsbestand een streepje voor, zeker als ze zelf nieuwkomers of oudkomers in dienst hebben.
10.
  • Zorg voor budget voor activiteiten en betrek jongeren bij de organisatie ervan.
  • Haak zoveel mogelijk aan bij dingen die lokaal worden georganiseerd voor jongeren.
  • Stimuleer het gezamenlijk opzetten van iets, door lokale jongeren en jonge nieuwkomers.

Deze lessen gelden voor jonge nieuwkomers die zonder ouders of verzorgers naar Nederland zijn gekomen:

Lessen:

1.

Er worden toekomstplannen met de kinderen gemaakt. Vaak gaat dat in het Nederlands, met beperkte informatie, in korte tijd en sowieso te talig en niet creatief. Uit het gesprek met jongeren blijkt dat veel van hen de plannen niet of maar half begrijpen en sowieso niet de meerwaarde ervan inzien. Terwijl de professionals het gevoel hebben heel concreet aan de toekomst te werken middels die plannen.

2.

De onzekerheid van de asielprocedure is heel bepalend voor hoe een jongere in zijn of haar vel zit.

Kansen:

1.

Ontwerp met de jongeren samen. Veeg alle formats van tafel en onderzoek met hen hoe je volgens hen een toekomstplan maakt.

Lessen:

3.

“Bij ons wonen jongeren van onder en boven de 18. Wij mogen ze na hun 18de ook begeleiden daar heeft de gemeente voor gekozen en dat is echt nodig. Als ze 18 worden, bellen ze me met veel vragen: ‘Manaz, ik heb deze brief, ik heb dit nodig, dat nodig’. Als ze hulp nodig hebben vertel ik ze persoonlijk bij wie ze moeten zijn. Voor mij is het duidelijk dat de begeleiding nog moet doorgaan. Soms zijn ze 21, 22 en komen ze nog met vragen. Als ik op vakantie ga, dan krijgen ze problemen. Ik heb ook die ervaring. Ik kwam naar Nederland. In Iran was ik ingenieur, maar in Nederland zat ik jarenlang in het AZC. Ik mocht niks, alleen ademhalen. Ik snap hoe dat is, je bent jong, je wilt iets, je hebt talent, maar in Nederland word je belemmerd.”

(begeleider bij Yoin)

Lessen:

4.

Gezinshereniging verandert het leven van deze kinderen. Het is vrijwel altijd de reden dat ze in Nederland zijn. Elke dag dat ze niet thuis zijn, groeit de afstand tot het gezin. Als de familieleden eenmaal in Nederland is, moeten ze de relaties opnieuw vormgeven. De jongere is in vergelijking tot de familie Nederland-expert, maar is ook nog kind. De balans van kennis, toegang en vaardigheden is verschoven. Nederlandse regels bepalen dat de jongeren samen moet wonen met de familie, bijvoorbeeld. Er zijn allerlei dingen waartoe de jongere zich moet verhouden. Goede ondersteuning daarbij is essentieel.

Deze lessen gelden voor jonge nieuwkomers die met ouders of verzorgers naar Nederland zijn gekomen:

Net als bij kinderen die een gezinshereniging doormaken, dragen jonge nieuwkomers met familie in Nederland relatief vaak zorg voor hun gezin, bijvoorbeeld in de vorm van mantelzorg als er (psychische) gezondheidsproblemen zijn. Omdat ze jonger zijn en sneller leren, worden ze vaak ingezet als tolk of woordvoerder namens het gezin. Ook als het zaken betreft waar ze eigenlijk niet veel van af weten, of van af zouden moeten weten.

GEVOLGEN VAN DE CORONA-CRISIS

  1. De beheersing van het Nederlands gaat achteruit bij verplicht thuisblijven en geen school
  2. Jongeren die hun verblijfsvergunning moeten verlengen, raken in de problemen omdat de IND niet of minder bereikbaar is. Dit levert aanzienlijke stress op.
  3. Relatief veel jonge mensen raken hun banen kwijt als gevolg van de maatregelen tegen COVID-19
  4. Jongeren die wachten op gezinshereniging krijgen meer dan gebruikelijk de vraag vanuit het moederland om (financiële) steun. Het coronavirus heeft grote impact op de leefomstandigheden. We zien dat jongeren, bijvoorbeeld, hun kamer gaan onderverhuren of gaan werken in plaats van studeren. Zoek naar mogelijkheden, opdat jongeren een toekomstperspectief blijven houden, maar ook leren omgaan met de vragen vanuit thuis, die reëel zijn.

Article published on
19 okt 2020

Editors
Tekst: Renée Frissen Eindredactie: Martijn Bijwaard

Foto's
Aziz Kawak, Saeed Alrefai, Negin Zendegani