Inhoud

Zelf Maaksessies Maken

A 4 minutes read by Patrick van der Hijden

De kern van het project Actiegericht leren over integratie werd gevormd door de elf Maaksessies. Alle ideeën en kennis in dit magazine zijn ontwikkeld en gedeeld tijdens die bijeenkomsten. Hoe gaat zo’n Maaksessie? Wat maakte ze zo effectief? Hoe kun je zelf zo’n sessie organiseren? Daarover gaat deze korte handleiding. Hij valt in drie delen uiteen. We beginnen met de principes, dan belichten we het programma van een Maaksessie. We sluiten af met tips voor de uitvoering, bijvoorbeeld hoe je deze bijeenkomsten online kunt doen.

De principes

We overleggen wat af in Nederland. Dat is ook wat veel nieuwkomers ervaren als ze hier net wonen. Rodaan al Galidi schreef er zijn onsterfelijke gedicht Vergadering over. Veel problemen, bijvoorbeeld in de publieke sector, worden dan ook toegeschreven aan het feit dat er te weinig afstemming is geweest óf dat er teveel is gepraat. Goede bijeenkomsten beleggen en zinnig vergaderen, zijn daarom cruciaal om maatschappelijke vraagstukken in Nederland op te lossen. 

Bij gesprekken rondom integratie en inburgering spelen twee specifieke opgaven: Het domein is complex, met veel spelers, wisselende overheidsbemoeienis en grote politieke gevoeligheden. Ten tweede zijn dergelijke gesprekken alleen zinnig als nieuwkomers zelf deelnemen. Dat betekent per definitie een ontmoeting tussen professionals die een specifiek soort Nederlands spreken, en leken met een uiteenlopende beheersing van de taal.

De opzet moet daarmee recht doen aan de complexiteit van de materie en aan de diversiteit van de deelnemers. Daarnaast is er een vraagstuk dat gaat over de relatie tussen kennis en actie, ofwel denken en doen. Die twee worden namelijk veelal uit elkaar getrokken: onderzoekers maken geen plannen, uitvoerders geen beleid. Een goede bijeenkomst verbindt die twee, op meerdere niveaus door denkers en doeners bij elkaar te zetten. Door hun perspectieven vervolgens met elkaar te verbinden en tenslotte door ontwerp te gebruiken als brug tussen kennis en actie.

Het programma

Een Maaksessieprogramma volgt altijd het onderstaande stramien.

1.

Verdiepen
Maaksessies starten met verhalen over een specifiek onderwerp, bijvoorbeeld de toegang tot GGZ, de arbeidsmarkt in regio X, het contact met de lokale overheid. Die halen we naar boven in zogenaamde vissenkomgesprekken. De gespreksleider interviewt een klein groepje gasten (twee tot vijf), de andere deelnemers luisteren aan de hand van luisteropdrachten. Die kunnen luiden: ‘wat zijn positieve elementen in deze verhalen?’; ‘wat moeten professionals in hun oren knopen na deze verhalen?’; of: ‘welke onderzoeksvragen komen bij je op?’

Na het gesprek haalt de gespreksleider de antwoorden op de opdrachten op. Zo komt telkens enorm veel kennis naar boven omdat de deelnemers de verhalen verbinden met hun eigen ervaring en bagage. In de Gelderse Maaksessies deden we altijd twee van die gesprekken: het eerste vanuit het perspectief van de nieuwkomers, het tweede met als gasten professionals uit de institutionele wereld.  

Doel: een gedeeld beeld van de complexe werkelijkheid, begrip voor meerdere perspectieven, begrip van de vraagstukken op het betreffende domein  

Duur: per vissenkomgesprek, inclusief ophalen opbrengsten luisteropdrachten, ca. 45 minuten.

2.

Ontwerpvragen bedenken
Vervolgens laten we in willekeurig gemengde groepen ontwerpvragen bedenken op basis van de opbrengsten van de eerste ronde. Voorwaarden: specifiek, en beginnend met ‘Hoe kunnen we…’

Doel: van kennis naar ontwerp
Duur: 15-20 minuten vragen bedenken, ca. 30 minuten vragen ordenen en samenvatten. De deelnemers gaan dan bijvoorbeeld lunchen of dineren.

3.

Ontwerpen op basis van de vragen

Uit ronde 2 komen tussen de acht en de twaalf vragen. Deelnemers kunnen daarop ‘inschrijven’. Zo ontstaan teams rondom ontwerpopgaven. De teamleden gaan gezamenlijk brainstormen over een oplossing. Ze maken daarvoor gebruik van zogenaamde canvassen, formulieren die tegelijk het script van het gesprek vormen. Zie hier een voorbeeld. Belangrijk daarbij is de notie dat alles wat er verzonnen wordt, kan worden uitgevoerd of in gang worden gezet door de mensen aan tafel. Deze nadruk op agency voorkomt dat er plannen worden bedacht voor ‘de gemeente’ of ‘de nieuwkomers’.

Doel: deelnemers organiseren op basis van waarden en belangen, deelnemers activeren, kennis gebruiken om initiatieven te ontplooien, daadwerkelijke actie veroorzaken, nieuwe betekenisvolle relaties aanknopen.
Duur: teams vormen, ca. 15 minuten, brainstormen 60 minuten.

 

4.

Nazorg
Aan het eind van de Maaksessie richten we een ‘markt’ in met alle canvassen. Daarop kunnen de andere groepen in een informele setting reageren, door tips en adviezen te geven of door aan te geven mee te willen werken aan het initiatief. Alle canvassen worden gefotografeerd, daarna nemen de groepjes hun canvassen mee. Na twee weken volgt er een verslag met alle initiatieven en ideeën en een weergave van de verdiepingsronde. Na vier weken belt de actieonderzoeker uit het team de initiatiefnemers op met, onder andere, de vraag of er ondersteuning nodig is. Na acht weken volgt dan een terugkoppeling over hoe het met de initiatieven gaat.

Doel: zoveel mogelijk initiatieven laten overleven, zoveel mogelijk leren van alle initiatieven
Duur: acht weken

 

 

Tips voor een succesvolle uitvoering

Zorg voor een zo divers mogelijke groep deelnemers met een grote vertegenwoordiging van nieuwkomers (minimaal een kwart). Zorg dat alle organisaties meedoen die verantwoordelijkheid dragen voor het vraagstuk. Een Maaksessie lukt vanaf 20 deelnemers, maar kan ook prima met 80. Neem de tijd voor een goede kennismaking met elkaar en met het thema. Een sessie over sociale verbondenheid begonnen we met het delen van ervaringen over ergens nieuw zijn. Een sessie over arbeidstoeleiding startte met gesprekjes over wat ieders plannen waren tien jaar geleden en wat ervan terecht is gekomen. Zorg ervoor dat mensen die meertalig zijn een rol kunnen spelen in het vertalen van bijvoorbeeld instructies en werk vanaf minuut 1 aan inclusieve taalgewoonten: veel checken, wijs een of twee deelnemers aan als snelheidsbewakers, geef ruimte aan zoeken naar woorden, herhaal, gebruik visuals voor de presentatie en theaterwerkvormen in de interactie. Maar: ga geen kindertaal spreken.

Bij offline bijeenkomsten: zorg voor goed eten. Een goede Maaksessie duurt een uur of vijf. Een lege theatervloer werkt het best, met break-outs in lobby en andere zalen. Bij online bijeenkomsten: drie uur is de maximale duur. Werk bij voorkeur in Zoom en zorg voor voldoende pauze. Start meteen met een activerende opening in kleine groepjes. De chat en het whiteboard zijn je vrienden bij de verdiepingsronde. Gespreksleiding is een grote succesfactor. Het kan door een twee of drie mensen worden gedaan, met gemeenschappelijke ervaring met het thema, met interviewen, faciliteren en presenteren. Mensen die ontspanning, humor en gevoel voor meertaligheid meebrengen, passen goed bij deze opzet.
Het team bestaat uit twee actieonderzoekers die aantekeningen maken, een producent die de aanmeldingen, de productie en de dagregie verzorgt, en een of twee gesprekleiders.
Zorg tot slot dat het team de diversiteit van de deelnemers en de inclusiviteit van de aanpak weerspiegelt.

Article published on
12 jan 2021

Editors
Tekst: Patrick van der Hijden Eindredactie: Martijn Bijwaard

Foto's
Aziz Kawak, Saeed Alrefai, Negin Zendegani